dinsdag 9 augustus 2016

Burgemimker

Wat is altijd het fijnste van terugkomen van vakantie?
Je dieren weer zien die je hartelijk verwelkomen gezien ze blij zijn weer iemand te zien die niet alleen maar snel brokjes in de bakjes gooit, je fijne opgeruimde huis, je bedje die staat te wachten op je (want je eigen bed slaapt toch het lekkerst!), je eigen wc die schreeuwt om een Donald Duck of Sudoku moment en niet te vergeten je eigen overheerlijke bank waar je zo graag op relaxt.

Ja vakantie is heerlijk maar thuiskomen is soms nog heerlijker! 

We waren langs m'n ouders gereden, om daar het één en ander over te pakken en toen door naar ons eigen huis. Ons eigen, net verbouwde, huis waar je soms de overheerlijke chemische verflucht nog ruikt als je binnenkomt.
Eenmaal in de tuin werden we inderdaad hartelijk ontvangen door onze 6 katten. En al gauw werd dat gevolgd door een enorme haarexplosie door het hele huis. Een paar kotsplekken op bank, tapijt en laminaat vloer kon er ook nog wel bij. Degene die op de beesten 'paste' is allergisch voor de stofzuiger, nu ervoer ik daar de gevolgen eens van.

Ik liep met spruit in de arm en legde haar in de box om de spuitbus schoonmaakmiddel te pakken en de keukenrol. Met 6 katten heb je daar een flinke voorraad van nodig. Ik begon al zuchtend en steunend schoon te maken terwijl mijn Fransoos druk de auto aan het uitpakken was.
Nadat het een beetje gefatsoeneerd was deden we de deur van de gang open om naar boven te gaan, we hoorden rare geluiden ons tegemoet komen toen we de trap opliepen. Boven bleek er nog een onaangename verassing op ons te wachten, honderden bijen lagen met de beentjes in de lucht op de bovenverdieping. Tientallen anderen waren nog aan het rondzwerven. 
Ik in paniek. Ik hou niet van steekbeesten. Of ze nou honing maken of niet. 
Zeker na het zien van de babykamer wilde ik zo snel mogelijk weg. Bijen in haar bedje, bijen op haar kleertjes, bijen op haar knuffelbeest. Nee hier zouden wij niet gaan slapen. 

We gingen buiten kijken en er zwermden duizenden bijen om het dak. Direct een nummer gezocht voor een verdelger. Uiteindelijk kwamen we bij een imker terecht gezien bijen beschermd zijn. Hij zou de volgende dag pas kunnen, dus we pakten weer onze spullen en vertrokken richting mijn ouders. Die hebben een iniminie huisje naast hun huis welke gebruikt wordt voor logees. Dus daar konden we mooi bivakkeren. Tot overmaat van ramp belandde mijn Fransoos die nacht op de eerste hulp en de volgende ochtend is hij met spoed geopereerd. Best knap dat ik dat in één zin zo neerzet, normaal zou ik daar een uitgebreide blog over schrijven maar dat doe ik alleen als het over mezelf gaat (oké nou lieg ik maar goed).

De volgende dag kwam de imker hij bleek ook nog de burgemeester te zijn van aan nabijgelegen dorp. Hij oefende dit vak er sinds kort naast uit. Een man van in de dertig, iets té enthousiast over bijen (alsof hij met een hoofd vol jeugdpuisten naar een eerste afspraakje ging zo enthousiast). Maar erg aardig en zeer behulpzaam. Hij kon aan het gedrag van de bijen zien dat er naar alle waarschijnlijkheid geen nest in het huis zou zitten. Het zouden zwerf wees bijen zijn. Dan is de Koningin dood en zwerven ze rond. Eigenlijk best zielig.. maar ik heb het niet zo met zwervers en al helemaal niet als ze m'n huis kraken. 
Hij kon ons ook vertellen dat het om Italiaanse bijtjes ging dat zijn de allerliefste.
Leuk maar ik hoef ze niet te aaien. Hij dacht zelf dat het nog maximaal 24 uur zou duren en dat ze dan door zouden hebben dat de Koningin er niet zou zitten en weg zouden gaan.
Ik sliep dus weer bij m'n ouders met spruit maar m'n Fransoos sliep liever thuis na de operatie om rustig aan te doen. De zolder hadden we afgeplakt met tape gezien ze vanuit daar in huis kwamen. Gevaarlijk was het dus niet echt meer maar met een baby wil je geen risico's nemen of lopen.

De volgende dag waren de bijen nog altijd niet weg en besloot de burgemimker weer langs te komen. Hij brak de gevel los om te kijken of daaronder toch misschien het nest zat. Hij vond wat oude verdroogde wespen nesten maar verder niks. Hij besloot een lokdoos op te hangen. Daar zitten feromonen in (het Axe effect voor bijen)  die ervoor zorgen dat de bijtjes daar ingaan en gaan installeren. Hij dacht nu dat er misschien een oude koningin in ons huis was gaan zitten en dat daarom de bijen hysterisch in de rondte vlogen gezien de Koningin overal geur achterlaat. Die oude wijven zijn ook niet vooruit te branden en maar stinken!
Hij hoopte dat zij dan ook misschien in de lokdoos zou gaan.

De lokdoos
Er ging weer een nacht voorbij en we hielden de burgemimker op de hoogte via sms.
De volgende dag waren er aanzienlijk minder bijtjes in huis maar ze waren er nog wel. Ik was overdag gewoon thuis gezien we er beneden nauwelijks last van hadden. Mijn Fransoos ging even naar buiten om te kijken naar het dak. Opeens kwam hij naar binnen gesneld. 'Dit ga je niet geloven, ik heb het nest gevonden! Het is gigantisch!' vertelde hij opgewonden.
Ik deed spruit in de box en ging mee naar buiten daar ontdekte we een enorme zwarte bal diep in de bosjes aan de overkant van het straatje. Mijn Fransoos had het ontdekt door het enorme gezoem.

Het nest
Hij belde de burgemimker die middenin een vergadering zat. 
Die liet alles vallen en was zo enthousiast als een kind voor de avond van sinterklaas.
Hij kwam meteen en gaf nog een tip.
'Je moet buiten gaan staan met een pan en een vork, tik op de pan dat zorgt ervoor dat ze bij het nest blijven'. Het was namelijk al een paar dagen onstuimig weer en waarschijnlijk zat er daarom ook een gedeelte in ons huis om te schuilen.
M'n Fransoos liep naar buiten en begon een josti band tafereel. Ik lag helemaal dubbel binnen en spruit had alleen aandacht voor haar plastic vlinder die ze in haar oog probeerde te stoppen.

De burgemimker kwam met een hoge snelheid aangereden en trok in alle snelheid zijn tenue aan. 'Wauw wauw wauw' riep hij en hij maakte nog net geen vreugdedans pasjes.
Hij haalde al rokend de lokdoos naar beneden en ging daarna naar het nest in de bosjes. Deze hakte hij eruit en deed hem in een piepschuimen doos. 1,5 kilo woog het nest goed voor rond de 25.000 bijtjes. Ik was helemaal blij met het idee dat we zowaar hadden geholpen de bij in leven te houden. Maar helaas schijnen veel volkeren ziek te zijn en daarna dood te gaan en soms zelfs andere volkeren van imkers aan te steken. Vandaar dat je niet meer vaak imkers ziet die bijen telen én ook dit soort nesten weghalen. Zonde.



Hij propte alles in de kofferbak van zijn spierwitte Peugeot 407 sedan en ging huiswaarts. Ik vond het maar riskant met een net zo enthousiaste hond in de auto en een piepschuimen doos met gammele deksel zo achterin. 
Hij vroeg vrije gift en we gaven hem een mooi bedrag immers is het voor hem niet echt een BIJverdienste, dankbaar reed hij weg.

We pakten de pan en vork en liepen naar binnen. Ik ging snel boven stofzuigen en dweilen. Die nacht hebben we weer heerlijk met z'n allen thuis geslapen, er was geen bijtje meer naar binnen gekropen.

Dit hele tafereel was eigenlijk behoorlijk leerzaam en best BIJzonder!

De instrumenten

maandag 11 juli 2016

Daar zit een luchtje aan

Voor de gekte van het hoogseizoen voor ons allen zijn we er met z'n zessen even tussenuit geknepen.
Samen met m'n ouders, m'n Fransoos, spruitje en hond Jamie hadden we een huisje gehuurd in de Haute-Savoie. Prachtig gebied en niet te ver weg van hier. Al duurde de reis wel een stuk langer met een 5,5 maanden oude baby.
Of ze zat weer ingestort in de maxi cosy of ze kreeg een hysterische huilbui of ik had een schorre keel en m'n Fransoos een halve oorontsteking van mijn kinderliedjes gezang. Kortom redelijk vaak stoppen en even strekken.

Een houten chalet met schitterend uitzicht over de gigantische bergen en een kabbelende blauwe rivier. Wel heel anders dan het glooiende van de Morvan, ik voel me altijd heel nietig bij al dat groots.
We hadden bedacht meerdere dingen te doen die vakantie.

We hebben de grootste waterval bezocht en ernaast gegeten in een aftands restaurant, uiteraard gerund door Fransen (bedoel ik niets mee hoor), waar het hout van het chalet schreeuwde om een flinke lik lak en waar een dikke lompe serveerster (zo één die waggelt en op haar mobiel kijkt als je nog wat drinken wilt bestellen om zich zo onzichtbaar te maken) de grootste moeite had om ons te begroeten.
Na het matige eten gingen we daar een flinke wandeling maken. Ik heb wat onsjes van mijn zwangerschapskilo's daar achtergelaten.

Ook bezochten we het meer van Annecy. Grote favoriet van mijn Fransoos; ik had dus hoge verwachtingen. Ik kende het meer van Genève wel, dat vond ik niet zo wat.
En ook hier was ik teleurgesteld. Mijn moeder, Fransoos en Jamie liepen vrolijk over de stoep en ik met spruit en vader liepen te chagrijnen en kwamen tot de uiterst irritante conclusie dat we het Lac des Settons mooier vonden. Daar zijn namelijk geen politieagenten die achter kinderen aanrennen die net wat hebben gejat, lallende dronken zwervers die allerlei gure taal uitblaten en geen subway waar je teveel betaald voor je broodje. Nee daar is gewoon geen hond. Lekker rustig. Ja, we waren in een op en top Nederlandse klaagmodus. Gezellig hoor.
Nadat we die rot stad eindelijk eens een keer uit waren gingen we thuis lekker fonduen.

Op de laatste dag hadden we besloten te gaan paragliden, je weet wel, je rent van een berg af en zweeft dan door de lucht onder zo'n matras. Het leek ons een ontzettend goed idee. Mijn vader en ik hebben beide hoogtevrees.

Eenmaal bij het paraglide centrum begon ik zenuwachtig te worden.
We werden meegenomen in een busje de berg op; onderweg legden ze van alles uit en ik vertaalde sommige dingen voor mijn vader. Één ding liet ik bewust achterwege gezien we ook daarin hetzelfde probleem hebben en ik niet wilde dat hij zich er net zo druk om maakte als ik 'als je last van zeeziekte hebt kan ook dat je nu overkomen, geef het op tijd aan als je je niet goed voelt dan gaan we rustiger naar beneden'.
Op de top van de berg keken we uit over het meer van Annecy. Zo vond ik het wel schitterend. Ik kreeg mijn harnas aan van mijn wat stugge patser begeleider. 'Gadver het stinkt naar kots' floepte ik eruit. 'O nee hè, sorry heb ik niet goed schoongemaakt dan' lekker dan heb ik weer. Hij maakte zich aan mij vast en we renden van de berg af en hop in het luchtledige. M'n hart klopte als een bezetene maar wat was het mooi. Na even vliegen voelde ik mijn maag minder blij worden. Ik gaf het aan en zo daalden we rustig naar beneden. Ik zag mijn vader ook op dezelfde hoogte hij keek blij en stak zijn duim op. Een paar minuten later zag ik hem weer maar nu keek hij wat minder blij. Hij bleek met uiterste precisie zijn kalkoen ovenschotel met Parmezaanse kaas eruit gekotst te hebben naast zijn linkerschoen. En dat drie keer onderweg! Ik vraag me wel af waar dat landt. Lig je daar op je luchtbed lekker te dobberen in het Lac D'Annecy; krijg je zo een stuk zuur ruikende kalkoen met Parmezaanse gerapkotste kaas op je onbedekte rug. Wat een schijtmeeuwen zitten daar toch zal je denken. Nou die meeuw hing mooi beroerd boven je te hangen en te kotsen.

Eenmaal op de grond wachtte spruitje en m'n moeder op ons.
Mijn Fransoos kwam als laatste op de grond die heeft geen last van dat soort dingen.
Ik was blij maar doe dit dus nooit meer. Als ik had geweten dat ik er zo misselijk van kon worden was ik ook nooit gegaan.

We kochten de foto's als aandenken (helaas was er geen moment suprême opname van m'n vader) en gingen naar het chalet.
De hele weg was mijn vader beroerd.

De volgende dag gingen we naar huis maar wat we daar aan zouden treffen...

Wordt vervolgd.


dinsdag 17 mei 2016

Doolbos

'Ik ga even een stukje rijden'

Hij pakte zijn zwart met rode crosshelm, zette zijn stofbril op, deed zijn veiligheidsbroek in dezelfde bijpassende kleuren aan en een dik leren jack. Er stond een koud windje, dus deed hij ook zijn lederen handschoenen aan.
Hij had van zijn dochter een camera gekregen die hij op zijn quad kon schroeven.
'Leuk pap, kun je onderweg filmen wat je allemaal meemaakt'. Hij was ook nog eens waterdicht, dus tegen het spatten van de plassen kon die wel. Er zat een flinke geheugenkaart in voor uren filmplezier.

Zijn vrouw gaf hem een vluchtige kus en zei hem, zoals gewoonlijk, niet voor gek en onwies te rijden en op tijd thuis te komen voor het eten.

Hij was van plan een korte route te rijden richting een uitzichtpunt waar die eerder een keer was geweest. Hij startte zijn mat zwarte quad en reed het erf af van zijn fermette in de Morvan.
Hij reed door de oneindige naaldbossen, die op sommige stukken open zijn door boskap en waar andere bomen groeien en op andere stukken donker, vochtig en verstikkend zijn. Hij genoot van zijn tocht, bood tegenwicht bij de oneffen paden en grote stenen die uit de grond staken. Reed met volle vaart door de plassen, zijn hele tenue onder de modder. Hij schreeuwde het uit van plezier, door zijn dikke helm klonk het als dof gezoem voor de buitenwereld. Een buitenwereld die na een paar kilometer alleen nog maar bestond uit het dierenrijk.
Hij reed een aantal kilometer en kwam op een splitsing. 'Rechtsaf' zei hij tegen zichzelf.
Het zware stuur bewoog hij naar rechts en gaf gas aan de knop op het stuur. Het stuk werd wat heftiger en zwaarder en hij besloot hem naar de 4 wheel drive te zetten.
In de afdaling zag hij een grote tak net wat te laat en deze klapte recht op zijn helm. Hij werd uit zijn balans gebracht en reed tegen een boom aan. Zijn spatbord was wat beschadigd en hij baalde enorm. In zichzelf gekeerd reed hij verder. Na een uur had hij nog altijd niet het uitzichtpunt gevonden. Vreemd, hij kon zich niet herinneren dat het zo ver weg was.
Hij besloot nog een stuk verder te rijden want hij dacht een stapel hout langs de kant te herkennen.
Er gingen wat kilometers voorbij. Toen hij in een stuk open bos terecht kwam viel het hem op dat het al begon te schemeren. Hij veegde de modder van zijn dashboard af en zag dat het inmiddels al bijna etenstijd was. Shit. Hij besloot maar terug te gaan, hij wilde immers niet aan de stok krijgen met zijn vrouw. Daar had hij namelijk slechte ervaring mee, zoals elke man.

Hij reed een aardig eind maar alle wegen leken op elkaar. Hij deed het licht aan op zijn quad en besloot in snelheid toe te nemen. Toen etenstijd al een half uur verstreken was begon hij wat zenuwachtig te worden. Waar was hij. Nog groene bremstruiken, naaldbomen, zandpaden... alles leek op elkaar.
Het zal toch niet waar zijn. Was hij nou daadwerkelijk verdwaald? Zo groot zijn die bossen toch niet als je ze van een afstandje bekijkt. Hij kwam ook geen mens tegen.

'Waar blijft hij nou, hij is al een uur te laat, godsamme het is ook altijd hetzelfde en zoals gewoonlijk heeft hij z'n telefoon weer eens niet meegenomen' zei z'n vrouw op kwaadaardige toon tegen haar dochter die bij haar was om mee te eten.
'Ach mam. Je kent hem toch? Dan heeft hij weer wat gezien, hij komt zo vast wel; geef hem er dan maar flink van langs'.

Het benzinelampje begon te branden. Ook dat nog. Hij reed snel door en op een gegeven moment kwam hij weer uit bij dezelfde stapel hout als waar hij twee uur geleden ook langs was gereden. Hij besloot een ander pad in te gaan in de veronderstelling dat dat logischerwijs de goede richting naar huis was. Helaas bleek zijn richtingsgevoel niet helemaal juist te zijn.

Twintig minuten later viel de quad uit. Benzine op. Gigantische kramp in de benen. Hij besloot in het licht van de quad op het pad even uit te rusten.
Zijn gedachten dwaalden rond. Had ik nou toch maar een GPS apparaat gekocht en m'n mobiel meegenomen en water! 
Hij zat onder de modder en begon het koud te krijgen. Toen begon het te regenen.

De uren tikten voorbij.

Elf uur 's avonds. 'Er klopt iets niet, hij is vast verdwaald. Ik durf niet alleen het bos in ga je mee?' zei ze wanhopig tegen haar dochter. Beiden namen ze een fles water mee, hun mobieltjes en twee zaklantaarns. Ze liepen angstig door het bos, takken knisperden onder hun voeten die over het donkere bospad lagen.
Ze schreeuwden, maar alleen de bergen antwoordden met hun eigen echo.
Een uil krijste en ze durfden niet verder. 'Dadelijk verdwalen wij ook nog misschien is pap alweer thuis' probeerde ze haar moeder gerust te stellen.
Ze liepen dezelfde weg terug en kwamen op de oprit, ze snelden naar het afdak maar er stond geen quad onder. Beiden omhelsden ze elkaar en spraken hun zorgen uit. Ze besloten de gendarmerie te bellen maar zij konden nog niets doen gezien hij nog niet lang genoeg vermist was.

Het was najaar en in de nacht kon het nog stevig vriezen.
Hij liep in de koplampen van zijn quad en besloot uit een nabijgelegen plas met modder water te drinken. Hij schreeuwde om hulp zo hard hij kon, maar antwoord bleef uit. De zwarte nacht omringde hem en hij voelde zich klein. Geluiden die hij nog nooit eerder had gehoord overvielen hem. Een man die nooit bang was zat als een klein jongetje ineengedoken te bibberen van de kou.


Drie dagen later.


Er werd op de deur geklopt en één van de vrijwilligers bij de gendarmerie die hielp tijdens zoekacties had een stuk stof vast. Zwart met rood. Ze sloeg haar handen tegen haar mond en tranen rolden over haar wangen. Haar dochter was al die dagen bij haar gebleven terwijl haar vader vermist werd.
Ze bevestigde dat dit inderdaad wel sterk leek op een stuk van de broek van haar vader.
Er kwam een agent aan, hij had een tas bij zich met daarin de schoenen, een kapotgescheurde leren jack met bloed en een shirt. Ook de quad hadden ze gevonden en deze moest worden bekeken door de dochter en vrouw. Zij bevestigden dat dit inderdaad de quad was. 'En waar is mijn man? Hebt u hem gevonden?'. Ze sloegen allen hun ogen neer. 'Hoe kan dat nou wel zowat al zijn kleding én zijn quad en niet mijn man dat is toch onmogelijk?'. 'Mevrouw, de zoekactie gaat verder maar gezien er bloed aan de kleding zit moet u rekening houden met het ergste, mocht hij zijn kleren uit hebben getrokken kan het zijn dat hij is onderkoeld, u weet dat het nog altijd flilnk vriest in de nacht'. 'Hadden jullie problemen..' begon een andere agent. 'Pardon?! Wilt u zeggen dat mijn man doet alsof hij verdwenen is om van mij af te zijn? Opgedonderd! Allemaal! Laat me met rust!' gilde de vrouw in hysterische toestand.

De dochter zei tegen haar moeder dat ze rustig even moest gaan zitten en liep richting de agenten. 'Sorry ik snap dat jullie alles uit willen sluiten maar geloof me, mijn vader zou nooit zomaar de benen nemen en al helemaal niet op deze manier, doe er alsjullieblieft alles aan om mijn vader terug te vinden, is het niet levend dan wel...' dat laatste woord kon ze niet uit haar keel krijgen. De agenten knikten en liepen weg, ze hadden de tas met gevonden voorwerpen meegenomen voor onderzoek.

Er gingen drie weken voorbij. Hij werd nooit gevonden. Net als zijn helm en stofbril die waren spoorloos verdwenen. De zoekacties werden gestaakt, er was geen hoop meer.
Ze kregen de overige spullen terug net als de quad. De uitslag van het onderzoek was dat er dieren aan de kleren hadden gegeten, wat voor dieren werd niet vermeld. Maar voor hun klonk het logisch, ratten, muizen en andere beesten vreten nou eenmaal aan dingen.

Een paar dagen later besloten ze te gaan wandelen in het bos met de hond. Het was al weken vreselijk weer geweest. Na een uur lopen vond de hond iets. Hij begon luid te blaffen en ze gingen kijken wat er scheelde. Daar lag de camera in een plas met water en modder. De dochter herkende hem meteen gezien zij hem zelf voor de vader had gekocht. Ze keken elkaar aan en kregen beide een koude rilling.
Zonder iets te zeggen snelden ze naar huis om te kijken of er wat op stond.
De hele rit maakten ze mee.
Ze hoorden het doffe gelach, het even wat extra gas geven in de plassen en zagen de modderspetters langs het beeld vliegen. Ze zagen hem tegen de boom aanrijden en zijn balende lichaamstaal toen zijn spatbord beschadigd was. Ze zagen hem verder en verder rijden. Ze voelden op een gegeven moment zijn paniek terwijl dit niet hoor of zichtbaar was. Ze hoorden de motoruitvallen. Ze zagen hem doelloos rondlopen, hem roepen, hem zien drinken uit de plas, hem ineengedoken zitten in de regen.
Ze zagen al het beeldmateriaal.

Zwart.

'Waarom wordt het beeld zwart en horen we pappa huilen?'.
'De accu zal wel leeg zijn van de quad dat het licht het niet meer doet'.

Ze spoelden het beeld door.
Toen de zon weer opkwam zagen ze zijn jas liggen in beeld en zijn schoenen.
Verder niets.

Een paar uur beeld verder zagen ze wat wilde zwijnen op de plek komen die een stuk broek sleepten.

Ze keken elkaar aan en hun grootste nachtmerrie werd werkelijkheid. Hun man en vader zou nooit meer teruggevonden worden.

De geheugenkaart was vol en het beeld werd zwart.





zaterdag 16 april 2016

Stank voor bank

We waren al een tijdje aan het snuffelen op de woningmarkt.
Terwijl ik zwanger was hadden we een huis op het oog dat we graag wilden hebben. We hadden een bod uitgebracht en deze werd tot onze grote verbazing vrijwel meteen geaccepteerd. We waren door het dolle. Plots bleek dat er een makelaar met een andere klant op zat en gezien die weer vrienden waren van de familie lieten ze hen voor. Dit was allemaal op een hele vervelende manier gegaan waardoor ik zo in de stress was geschoten dat ik hoogstwaarschijnlijk daardoor destijds een bloeding kreeg en in het ziekenhuis terecht kwam. Gelukkig is dat allemaal goedgekomen (zie twee posts geleden) maar ik was er even helemaal klaar mee. Overigens is uiteindelijk ook die koop niet doorgegaan maar dat terzijde. 

Gezien we op internet bleven gluren en we vaak met de auto erop uitgaan kwamen we weer iets tegen. Tijdens mijn zwangerschap had ik nogal last van mijn maag; en dus had ik ook nadat we dit huis hadden gezien de hele boel ondergekotst. Dat was vast een goed teken.

Ik moet eerlijk bekennen dat ik in het begin niet zo enthousiast was. Het was een huis werkelijk heel mooi gelegen, prachtig uitzicht, mooi weiland voor de pony’s naast het huis maar het was zwaar gedateerd. Overal lag een vinyl vloer, de badkamer was rozig met zelfs dikke vinyl op de muren! Er waren slechts twee kleine slaapkamertjes en op de zolder was een slaapkamer in elkaar geflanst waar de muizen gemakkelijk in konden. Dat deden ze ook want het rook er niet bepaald naar roosjes. Alle glaswol isolatie was dusdanig doordrenkt met pis dat het naar beneden was gezakt.

Mijn Fransoos was direct enthousiast.  
Ik dus wat minder maar achteraf kwam dat denk ik meer omdat ik tonnetje rond was en nergens zin in had.
Na niet lang nadenken en nogmaals het huis hebben bezocht hadden we een bod uitgebracht. Na een paar keer heen en weer bellen werd het geaccepteerd.
In Januari zou de overdracht zijn.

We hebben enorm gedonder gehad met onze bank gezien ze een overjarige medewerkster voor het eerst een hypotheek lieten regelen. Na tientallen keren voor niets bij de bank te zijn geweest, na tientallen formulieren te hebben getekend en na telkens weer terug moeten omdat wij (?) dingen waren vergeten te tekenen had ik mijn uitgerekende datum bereikt en was ik het volledig zat. Al waggelend stoof ik de bank binnen. Ik heb nogal duidelijk laten merken dat ik er helemaal klaar mee was en dat ze een incompetente schijtmedewerkster was en dat we net zo lang zouden wachten op antwoorden, zelfs al zou ik het kind ter plekke op de pinautomaat krijgen. Even later zaten m’n Fransoos en ik bij de directrice in het bureau. Door mijn uitspraak had de hele bank op z’n kop gestaan. Grote grutjes schijtmedewerkster wat een scheldwoord is het ook. Ze nam haar in bescherming (tuurlijk) en verzon allemaal smoezen. Maar uiteindelijk zou het allemaal geregeld worden. Dit was overigens de twintigste keer dat we dat hadden gehoord.
Ik was koud bevallen of we werden gebeld dat wij weer iets niet hadden uitgeprint uit het systeem van de bank en wij het niet goed aan onszelf hadden uitgelegd dat we ook dat moesten tekenen.

Op dat moment lag ik nog met een infuus in m’n hand en kon ik nauwelijks lopen. Ze belde m’n Fransoos terwijl hij bij me in het ziekenhuis was. ‘Mag ik een foto van de kleine zien als je hier komt, wil wel eerst toestemming van de mamma’ zei de incompetente schijtmedewerkster. Vervolgens hield mijn Fransoos de telefoon mijn kant op en het enige wat ik heb gezegd was: ‘Ik heb liever dat je je bezig houdt met het eens fatsoenlijk regelen van onze hypotheek’. Het bleef stil aan de overkant.

Na heel wat ergernissen volgde eindelijk de papieren voor de notaris en kon er getekend worden. 
De eigenaar was er om te tekenen; een hele lieve oude man die op instorten stond met een pittige tante als vrouw. We zaten in het mufruikende stinkhok van de notaris en na ongeveer een uurtje waren we de trotse eigenaren van ons nieuwe huis. De oude eigenaren hadden zelfs nog luchtfoto's voor ons meegenomen. Echt heel lief.

Het eerste waar we opdracht toe hadden gegeven was het jezus kruis wat in de muur zat gemetseld boven eruit te laten slopen samen met een soort maria die ook muurvast zat. Dat soort dingen komen niet in mijn huis en al helemaal niet achter de toekomstige muur van m'n kinds kamer. Ik ben nogal (bij)gelovig en weet zeker dat dat soort dingen ongeluk aantrekken; zelf zou ik het er ook niet uit durven te slopen. Dan werd ik vast ineens getroffen door de bliksem, heus. 

Er volgde een grote verbouwing van de zolder en er werden drie prachtige kamers gerealiseerd. De trap werd omgeleid, verwarming omgelegd, betonnen vloer gestort, dakramen geplaatst, schoorstenen gerepareerd en verdroogde vleermuizen werden weggehaald. 
Ik hoop dat de oude eigenaren nog een keer komen kijken, die herkennen het niet meer. 
Beneden is alles mooi licht geverfd en er ligt een lichte laminaat vloer. Mijn Fransoos heeft zich uitgeleefd op de badkamer en de oude badkuip is bij de pony's in de wei beland als drinkbak. 

Ja, Arleuf, dat is het voor nu. Het zou hier altijd koud en mistig zijn volgens velen die wij spraken; het tegenovergestelde is waar. Het is hier vaak warmer dan richting Autun en ja er lag hier wel meer sneeuw maar o zo mooi. Weg uit de Saône-et-Loire en nu in de Nièvre. Maar dat boeide ons niet tijdens onze korte zoektocht. Het enige wat telde was de plek en een beetje het huis.
Nee, dat lieg ik. Het enige wat voor mij telde was dat we wat vonden omdat ik overal klaar mee was.

Belangrijke beslissingen ga ik voortaan maar nemen als ik zwanger ben, dan neem ik ze namelijk razendsnel! Dus mocht ik ooit tien spruitjes hebben rondlopen...

Uitzicht vanuit het raam

maandag 7 maart 2016

Agressieve gedachten

Ken je dat gevoel?
Dat gevoel dat je dingen wilt doen die eigenlijk niet door de beugel kunnen maar waar je ontzettend zin in hebt?
Agressieve gedachten die je (gelukkig maar in sommige gevallen) niet uitoefent?
Dat je iedereen de hele dag uitscheld (in je hoofd)?
Nee? Nou ik wel en ik kan je vertellen; dat is heerlijk zo'n dag. 

Het was weer eens dinsdag, de boodschappen dag.
Dan ga ik tegenwoordig met m'n moeder en m'n kleine spruit boodschappen doen bij de Lidl. Ik heb zo'n driewieler off the road super flabbergasting high tech power met extra zware veringen kinderwagen. Knalrood, lekker opvallend.
Door een verhuizing en nog altijd een chronisch slaaptekort was mijn humeur al niet opperbest. 
Het is erg wennen om én met een kinderwagen én met een boodschappenkar te rijden. 
Mijn eerste obstakel was al de schuifdeur van de ingang. Als convoi exceptionnel (lees: een wagen, daartussenin een gevaarte met de nodige overtollige zwangerschapskilo's en voorop een rood slagschip met uitstekend voorwiel) was die schuifdeur daar klaarblijkelijk niet op berekend, de kar zat bijna klem tussen de deuren. 'Man wat een kinderwagenonvriendelijke winkel zeg' bries ik; 'stel dat spruit achterop had gezeten en de wagen was omgeklapt en ze lag tussen de schuifdeur!' 
Ik waggelde en zwabberde verder met mijn praalwagen.

Water, koffie, melk, een leuk plantje... de broodjesafdeling; lekker even een pain au chocolat halen. Werd ik op m'n schouder getikt. 'Kim! Dat is lang geleden hoe is het!' O nee hè... dat is mijn stalker van het draaitierelieren feest in Anost, één keer foto's gemaakt toen hij speelde en hij stalkt me sindsdien al meer dan 2,5 jaar! en hij nam me stevig in zijn armen en gaf me twee kussen. 'Nou dat is inderdaad lang geleden' zei ik ietwat twijfelend. 'Ik heb je al een paar keer gebeld maar je neemt nooit op, we moeten echt weer een keer afspreken. De foto's die je maakt... zo betoverend! Ik droom ervan..' O-MIJN-GOD ik besefte mij ineens dat hij me van achteren had herkend met een paar kledingmaten en een kinderwagen rijker. 'Kijk dat is mijn dochter!'. 'Dat weet ik, had ik al gezien op internet'. En het floepte er zo uit: 'Zit jij op internet? Je leeft toch in een grot ofzo?'. Rood aangelopen en met een vreemde glimlach gaf hij toe dat hij me expres had opgezocht. 
Mensen die hopeloos verliefd zijn, zijn gewoon inderdaad hopeloos. Die hebben zo'n plaat voor de kop dat zelfs een kind ze nog niet in de weg staat. 'Ga je nu mee koffie drinken dan?' NEE, ga weg met je vieze houthakkersshirt en je veelste grote broek, doe eens normale schoenen aan, kam in godsnaam die suikerspin op je hoofd, doe er wat gel in en blijf uit de buurt van de houtkackel in je vochtige grot; man wat een lucht. 'Nee sorry, zoals je ziet heb ik een pasgeboren baby, ben ik boodschappen aan het doen en zit ik midden in een verhuizing'. 'Mag ik je wel bellen dan zo over vijftien dagen?'(Waarom vijftien... engerd) 'Ja dat mag maar of ik opneem is een tweede ik heb een zeer, zeer, zéér druk leven en ik slaap erg veel' (mocht ik willen met een baby maar goed ik moest toch wat) schijnbaar bleef de plaat nog altijd voor z'n gezicht en omhelsde hij me weer net wat te lang om vervolgens mij eindelijk met rust te laten. 

'Heb ik weer hoor' zei ik tegen m'n moeder die zich achter de mandarijnen had verstopt en mij zat uit te lachen. Ik vervolgde mijn lange weg naar het volgende pad. 
Champignons. Dat moest ik hebben. Drie oude dames stonden middenin het gangpad. Godsallemachtig hebben die ouwe lui nou niets beters te doen dan hier midden in het gangpad over hun moestuin te praten?! Ik zal eens even flink met mijn super off the road high tech kinderwagen een breuk in hun reumatische benen rijden; zal ze leren. 'Pardon mesdames'. De oude dametjes keken verrast op en trilden naar de zijkant om hun gesprek te vervolgen.
Ik pakte de champignons en reed verder. 

Ik vloog bijna uit de bocht en bij de chips stond een Engels jongetje met rood haar, een brilletje en sproeten mij aan te gapen. 'How do you do that with a baby and a cart?' Schijtkind val me niet lastig. Zijn broertje en zusje renden door de winkel en ik haat rennende schreeuwende kinderen. Ik zal eens even mijn voet uitsteken. Het jongetje vroeg het me nog een keer, ik keek hem aan hield mijn schouders op en liet hem zelf de conclusie trekken. Ik drukte de wagen wat aan de kant zodat de kinderen er niet tegenaan zouden knallen. 

Volgende gangpad, volgende missie: spaghetti. Wat een lucht! Een combinatie van zweet, overjarige parfum en alcohol kwamen mij tegemoet. Een dikke vent met een bevlekt teeshirt graaide tussen de spaghetti zakjes. Het zweet druppelde van zijn hoofd zo de bak in op de verpakkingen. 
Een spoor van vuil van zijn laarzen lag op het gangpad en ik glibberde met m'n spruit zijn kant op. Plots draaide hij zich om en smeerde met zijn pens langs de kinderwagen. Woest duwde ik hem in de spaghettibak en liet hem verdrinken in zijn eigen bad van zweet, gadver die kap kon ik nou uitkoken die lucht zou haar hele jeugd in de wagen blijven hangen natuurlijk. Hij keek me aan en lachte hemelsbreed met zijn drie tanden. Ik trok alleen de rechterhelft van mijn bovenlip omhoog à la Sylvester Stallone en hij klutste richting kassa. 

Godzijdank was ik bijna aan het einde. 
Toetjes. 
Een oude vrouw stond op haar tenen te vissen naar magere yoghurt. Ze pakte het bakje en verloor haar evenwicht. Ik, bij de vuilniszakken en mijn spruitje een paar meter verderop, zag haar in slow motion richting de kinderwagen zwalken. Ik liet alles uit mijn handen vallen en snelde ernaar toe. Op het laatste moment wist ze haar gewicht anders te verdelen en zwenkte ze uit naar de andere kant. Ineens viel het haar op dat er een kindje in de wagen zat en wederom door onoplettendheid verloor ze haar evenwicht en viel ze zo in de vriezer tussen de bevroren pizza's en kebab. Ja joh of je pleurt in de vriezer! Net goed, moet je maar je bril opzetten met je poedelkapsel. Ik pakte de kinderwagen en zag hoe ze zelf overeind krabbelde.

Eindelijk stond ik bij de kassa en kwam er een einde aan deze ergernissen.
Nee hè weer zo'n stomme jonge moeder met een krijsbaby die weer wat vergeten is. Hoe kun je nou je pincode vergeten? Staat ze ook nog schaapachtig te lachen en verontschuldigd ze zich dat ze aan postnatale dementie lijdt. Ja hoor, tuurlijk neem de tijd bel je vriend maar op om hem de code te vragen! Alsof iedereen de hele dag de tijd heeft! Zo irritant dat soort lui, blijf toch thuis in de poepluiers!

Dat hoorde ik de mensen denken toen ik mij omdraaide en ze mij allemaal met een strak gezicht aankeken terwijl ik mijn mobiel wegstopte en met mijn treinstelsel naar buiten sjokte.




maandag 25 januari 2016

Mijn echte bevallingsverhaal

Dat dingen altijd anders verlopen dan in je gedachten is normaal. Zoals jullie in mijn vorige post hebben kunnen lezen was ik bang dat ze te groot zou zijn en er over zou worden gegaan op een keizersnede. Dat mijn bevalling deels werkelijkheid zou worden had ik niet verwacht en vooral niet gehoopt. Voordat ik alles weer vergeten ben heb ik besloten het nu, 7 weken later, op te schrijven.

Het begon zondag nacht, inmiddels maandag 7 december, uurtje of 3, ik kreeg onwijze krampen. Ik wilde mijn Fransoos niet wakker maken voor het geval het loos alarm was. Voorzichtig ging ik met mijn dikke buik het bed uit. Eenmaal op de bank probeerde ik door televisie te kijken (het nieuws op Nederland 1 heb ik uren zitten kijken) wat afleiding te zoeken en me zo niet op de pijn te focussen. Ik had een weeën timer app geïnstalleerd om te kijken om de hoeveel minuten mijn weeën zouden komen. 5 minuten, 7 minuten… hmmm effe in de gaten houden of dit nog een uur zo door gaat. Ik besloot mijn moeder via de tablet te bellen. ‘ja mam, geen idee of het begonnen is hoor maar volgens mij heb ik weeën’ ik hoorde een klaarwakkere vader naast m’n moeder.

Een kwartiertje later was ze er. De weeën werden al wat minder plezierig en op de ‘ hoogtepunten’  besloot ik maar te gaan staan en wat te lopen. Dat werd dus geen triominos spelen zoals in mijn andere bevallingsverhaal.

Om half 6 stond mijn Fransoos op voor zijn werk. Hij was verbaasd dat ik niet naast hem lag toen hij wakker werd en nog verbaasder om mij klaarwakker te zien samen met m’n moeder op de bank. Ik vertelde hem hoe ik me voelde en dat ik de maternité zou bellen maar dat hij gewoon naar zijn werk moest gaan.

Om 8 uur ging ik even naar het toilet en bleek ik bloed te verliezen, meteen het ziekenhuis gebeld en we konden direct komen. Uiteraard hielden daar de weeën bij aankomst spontaan op en werd ik geholpen door een mannelijke verloskundige van mijn leeftijd heb ik weer gaat er een man in m’n doos gluren en graaien. Hij concludeerde dat er wel wat rommelde. Hij had een echo gemaakt, me aan de monitoring gelegd en gegluurd en ik had maar liefst 3 kleine weeën, hoezee zal je altijd zien. Het zou nog wel even kunnen duren en ik mocht weer naar huis met m’n moeder.

M’n Fransoos was inmiddels ook thuis en m’n moeder zou boodschappen voor me doen. Ik besloot om wat te rusten na de lunch omdat ik kapot was. Eenmaal in bed werd de pijn weer erger en om 14:30 ging ik maar weer eens naar de wc. Bijzondere is dat als je zwanger bent je altijd even voorover buigt om te kijken of alles pluis is wat eruit komt. Ik schrok me het apezuur; ineens stroomde er draden uit, vol schrik en uit nieuwsgierigheid hield ik m’n hand eronder, ja het was waterig… vlokjes.. ik m’n Fransoos geroepen. ‘ Volgens mij zijn mijn vliezen gebroken kijk nou!’  en ik wilde het hem zowat aangeven (altijd goed voor je relatie dit soort dingen). ‘ Tis alleen geen plens water dat is toch raar, kun jij het ziekenhuis bellen?’. Hij kreeg weer de mannelijke verloskundige aan de lijn, die wilde mij hebben waarna ik hem een gedetailleerde beschrijving heb gegeven van wat ik allemaal in de toilet pot aantrof. We mochten meteen komen en we namen voor de zekerheid mijn en mijn baby’s tas mee. Ik stond op en er stroomde weer wat. ‘ HANDDOEK!’ en wijdbeens met een haarhanddoek tussen m’n benen liep ik naar de auto. Mijn ouders kwamen snel de berg afgereden om mij succes te wensen en om de hond op te halen. Ik lekte van onder en van boven, dat beloofde wat voor de emoties! Eenmaal op de vuilniszak in onze gezinsauto reden we weg en ik besefte ineens dat ik niet meer alleen terug zou komen.

De parkeerplaats was nog best een eind van de ingang. In mijn jurkje met legging, hakschoenen en een uiterst charmante handdoek tussen de benen waggelde ik incluis behoorlijke weeën naar de ingang. ‘ Hoi. Mijn water is gebroken’ zei ik tegen de vrouw aan de balie (waar je je altijd eerst moet melden al weet je heel goed waar je wezen moet) zij belde de verloskundige en wees richting de etage. Ik ga niet met de trap hoor! Mijn Fransoos drukte op het knopje van de lift en een paar tellen later waren we in het benauwde wachtkamertje van 2 bij 1,5. En het duurde en duurde en ik stikte van de weeën. ‘Waarom duurt dat zo lang, zal ik nog een keer aanbellen. Ik heb hier zo geen zin in!’ mopperde ik erop los. Een ander zwanger grietje kwam binnen met haar moeder, die kwam duidelijk voor controle want die keek nog blij. Na lang wachten en vele weeën later mochten we naar binnen. Dezelfde mannelijke verloskundige gluurde en groef weer wat en ik bleek op 2 à 3 cm ontsluiting te zitten! ‘Nou jij gaat niet meer weg’  zei die. En ik werd al naar de verloskamer gebracht.

Daar kreeg ik zon fantastisch hemd aan waar alles uithangt als je niet uitkijkt. Ik werd aan de monitoring gelegd en al snel bleek dat ik om de 3 minuten weeën had. Fijn… en het kon nog wel minstens 7 uur duren.

Ik mocht niet meer lopen en dat was nou net het enige dat hielp tegen de pijn. Verder mocht ik ook niet meer eten of drinken. Er werd een infuus in m’n arm gedouwd. Na twee keer in mijn linker arm te hebben geprikt zei de mannelijke vlos: ‘ik kan geen ader vinden’. ‘Ja dat heb ik in de gaten, kun je hem niet in de rechter douwen?’Zzo gezegd zo gedaan. Een paar uur later, om 18:00 uur, hield ik het echt niet meer en besloot om een ruggenprik te vragen terwijl ik er zo op tegen was. Dat dit later mijn redding was had ik me nooit kunnen bedenken.

Doodsbang was ik. Ik moest op de rand van het bed zitten en de anesthesist die hem zette kende ik ook nog. Een Nederlander die wist dat ik het eigenlijk niet wilde van tevoren. Mijn Fransoos stond tegenover me (ik had dat gezien op de tv dat al die mannen dat doen dus dat leek me een goed plan) om mij te ondersteunen. De anesthesist vertelde dat hij een lokale verdoving zou zetten. Ik voelde het één en ander en toen bleek hij er al in te zitten. Bloedprikken is pijnlijker. Het zou binnen een kwartier gaan werken (godzijdank) en ik had een pomp zodat ik bij kon spuiten. Man wat een heerlijk gevoel! Dat spul moet verslavend zijn als je het mij vraagt… ik voelde praktisch de pijn niet meer en kon weer lachen en praten. Te idioot voor woorden dat het in Nederland zo’n punt is. Alsof je dan een zwakkeling bent, want daar dacht ik aan toen ik hem  vroeg, omdat het zo door velen in Nederland word gezien. Ik heb hem enorm bedankt voor de prik en de mannelijke verloskundige ging wisselen van dienst. ‘Ah nee hè dus jij haalt mijn baby niet? Wat jammer! En sorry hoop niet dat je me vervelend vond’. ‘ Vervelend? De meeste vrouwen maken geen grapjes voordat ze een ruggenprik krijgen of bedanken me voor het zetten van een infuus. De meesten schelden me helemaal verrot of worden agressief!’. Jeetje ik ben dus eigenlijk poeslief in vergelijking met andere zwangerosaurussen, arme jongen…

Vervolgens kwam er een dame aan mijn bed. Ik weet niet meer hoe ze heet alleen maar dat ze heel veel kletste. Gezien ik ook een aardige kletskous ben vond ze dat wel gezellig. Ik gaf aan dat ik graag de placenta wilde zien na de bevalling dus dat ze die echt moesten bewaren. We grapten nog dat m’n hond Jamie het misschien wel lekker zou vinden.

Om 20:00 uur zat ik op 6 cm. Het zou erom spannen of ze maandag of dinsdag geboren zou worden.
‘Kijk eens effe onder de deken, voel van alles lopen’ zei ik telkens tegen mijn Fransoos. Ach ja hij is de slagerij gewend dus hier zou die ook niet anders van worden leek me. Hij verzekerde dat mijn bloedverlies reuze meeviel (hij wist als hij de waarheid zou zeggen ik van mijn graat zou gaan).
Tijdens het wachten op de volgende centimeters filmde mijn Fransoos mij regelmatig, leuk voor later. Ook de bevalling zou (vanaf de zijkant) worden gefilmd. Sommigen vinden dat maar raar maar ik had zoiets van je kan het altijd nog wissen!

Om 21:30 ging m’n Fransoos weer even naar beneden een sigaretje roken en mijn ouders smsen die gespannen thuis zaten te wachten; 9 cm! En het hoofdje was al flink naar beneden gezakt.

Toen ging het snel om 22:18 had ik volledige ontsluiting en als ik drang voelde mocht ik persen. Maar ik voelde bar weinig daar beneden. Wat moet ik voelen dan, alsof je moet poepen ofzo? Hier was ik al bang voor dat ik dat niet meer zou voelen door de ruggenprik.

Iets voor 23:00 voelde ik iets maar om te zeggen drang, nee. Maarja ik wilde het wel proberen. Verloskundige kwam erbij en 3 andere vrouwen. De verloskundige deed een blauw schort om en een mondkapje, blauwe handschoenen aan net als de andere drie. De smurfen waren er klaar voor!

Ik perste, eerst teveel door de mond. ‘Doe alsof je naar de wc gaat voor de grote boodschap’ zei de verloskundige. Die krijgt dan een drol op der hoofd, naja pech gehad, of beter gezegd:schijt. En dat ging beter, ze moedigden mij aan en ik deed mijn uiterste best. Ik voelde lichtjes de weeën en via de monitoring konden we goed de activiteit zien van de wee. Maar het schoot niet op, ‘Je kan haar haartjes voelen’. Ik zei maar dat ik et voelde maar eerlijk gezegd voelde ik niets. Kreten als Harder, Ja goed zo, je doet het geweldig, ga door… maar het hielp niet en ik raakte uitgeput. Ik mocht al sinds de opname niet meer eten en drinken (had gelukkig wel een infuus) maar ik had een droge mond. Met een spray spoot mijn Fransoos mijn gezicht nat en af en toe mijn mond. Na veertig minuten persen kwam ze nog steeds niet ter wereld en ik raakte in paniek en teleurgesteld in mijzelf. Ik jammerde dat ze net zo’n groot hoofd had als ik en dat het me niet zou lukken, dat ik bang was.

Vijf minuten later gebeurde waar ik voor vreesde, de gynaecoloog werd erbij gehaald. Gelukkig had de vrouw dienst waar ik al die tijd bij had gelopen, een pittige tante met een aardig onverstaanbaar accent.  Ze keek serieus naar het centrum van de spotlights en ze zei dingen die ik niet kon verstaan en mijn Fransoos ook niet (gelukkig). De verloskundige kwam bij me staan en aaide me, ze deed een deken over mijn knieën als gordijn ‘Lijkt me beter voor je dat je hier niets van ziet’ zei ze zachtjes. De verlostangen werden erbij gehaald en ik herinner me nog een vreselijk gevoel alsof mijn hele bekken werd gekeerd en de meest walgelijke geluiden. Ik moest een stuk meepersen en toen ging het snel. Ze was geboren om 00:05! Wat er daaronder allemaal gebeurd was werd al snel duidelijk.

Ik kreeg mijn dochter die helemaal onder het bloed zat op me, daarna werd ze snel weggehaald en mijn Fransoos volgde haar. Ik hoorde hem zeggen ‘ ze is prachtig!’  en nog wat dingen maar het geluid klonk steeds verder weg. ‘Het gaat niet goed hier!’  al snel werd ik helemaal plat gelegd en kreeg ik iets toegediend via het infuus. De gynaecoloog was bezig om alles weer aan elkaar te maken maar ik kreeg bloedingen en wat ze probeerde te hechten hield niet. Om een lang verhaal kort te maken ben ik weer onwel geworden en volgens mijn Fransoos zijn er heel wat doordrenkte laken weggevoerd. ‘Je hebt het goed gedaan, je had haar er nooit zelf uit kunnen krijgen, ze was een schuine sterrenkijker en had de navelstreng om haar nek, haar schouder lag ook verkeerd’ . Jemig, maar goed dat ik dat allemaal niet wist. Ik bedenk me wat er was gebeurd als ik geen ruggenprik had gehad. Waren ze dan op tijd geweest met een keizersnede?

Het middel waar ik zo op tegen was, was misschien wel in mijn geval onze redding geweest. Bizar.
Om de bloeding te stelpen kreeg ik een gigantische hoeveelheid verband erin gepropt. Maar godzijdank voelde ik toch vrijwel niets.

Toen het kunstwerk eenmaal af was werd de kleine bij me gereden. Wat was ze mooi, op de plekken van de verlostangen na dan. Achteraf, na het zien van de videobeelden, begrijp ik waarom ik me tijdens de bevalling zo voelde en waarom zij die pekken had. Ik schrok me wild toen ik het zag, het deed me denken aan Dr. Pol van National Geographic Channel. Wat bij hem de kettingen zijn bij een koe waren bij mij de tangen. Ze wrikte heen en weer en het bed schudde. Bah, dat haar schedel niet volledig in elkaar geknepen is, is mij een raadsel.

Toen ik me na een half uur ietsje beter voelde werd ik naar mijn kamer gereden met de kleine.

Het was voorbij.

Ik zou tot zaterdag in het ziekenhuis blijven, ik was nog dagen onwel, had een bloeddruk van 80/40 en ijzertekort. Godzijdank dat ik daar was. Ik heb er wat afgehuild die dagen. Van oververmoeidheid (iedereen liep constant naar binnen, bezoekuur was ook nog eens  van 11:30 tot 20:30!!), frustratie dat mensen mij stoorden waar ik helemaal geen zin in had (ook in de nacht lieten ze me niet met rust) weet nog dat er een zuster binnenkwam en zei toen ze de kleine zag huilen ‘ach gossie wordt er niet goed voor jou gezorgd!’, terwijl ik net de dag ervoor bevallen was en nog geen uur had geslapen, net m’n baby had gevoed en het even niet meer trok. Ik huilde van teleurstelling dat ik zelf mijn meisje niet kon verzorgen omdat ik nauwelijks kon lopen. Ik huilde van schrik toen ik voor het eerst met een spiegeltje mezelf bekeek. Bont en Blauw, geknipt, gescheurd en een flubberbuik. Het was nog erger dan in mijn bedachte bevalling. Maar ik huilde vooral van geluk. Dat mijn baby goed de bevalling was doorgekomen en dat ze voor mij zo perfect was en dat tot mijn grote verassing mijn broer en schoonzus uit Nederland over waren gekomen. 

Ja, het waren mooie momenten en zware momenten. Maar echt, ik had niet in Nederland willen bevallen. Wat waren de zusters allemaal fantastisch. De zorg was uitstekend, de anesthesist is nog even komen kijken, de gynaecoloog is nog twee keer aan mijn bed geweest, één keer voor controle, de andere keer gewoon om te vragen hoe het met me was en om nog eens mijn bevalling door te praten en dat ik een fantastisch gevormd bekken had volgens haar anders had ze haar met de tangen er ook niet uitgekregen. Toch leuk om dat eens te horen dan zoiets als ‘wat heb je mooie ogen’. En het eten… o wat was dat lekker! Ik heb zelfs tegenwoordig een nieuw ontbijt eraan over gehouden. Elke ochtend eet ik nu wat ik in het ziekenhuis ook kreeg en dan ben ik weer even terug daar. Alleen al om het eten zou ik misschien wel 8 kinderen willen. Ik verheugde me daar elke dag op. Daar leefde ik naartoe als een dier in een dierentuin. Dat was het enige wat ik daar namelijk deed, liggen en eten en bekeken worden door bezoekers, of althans, die kwamen voornamelijk voor de kleine.

Die zaterdag voelde ik me nog niet helemaal klaar om naar huis te gaan, ik was nog zwak. Maar gelukkig heb ik zelf de kinderwagen kunnen duwen. Ik heb schuin in de auto gezeten en thuis was alles versierd.

Na een week of twee ging het al een stuk beter en nu, 7 weken later doe ik alles weer. Met 4 weken deed ik dat al maar werd regelmatig teruggefloten door m’n lijf.

Ik hoor veel meiden vaak na hun bevalling zeggen ‘ik wil nooit geen kinderen meer’. Maar het eerste wat ik dacht en tegen mijn moeder zei toen ze kwam was: ‘Dit schrikt mij niet af voor een tweede, maar voorlopig even niet’.

Ik sluit af met iets waar mijn mening 180 graden over is gedraaid:

Lang leve de ruggenprik!