maandag 12 augustus 2013

Toekomst in een envelop

Paars, wat een rare kleur voor een ziekenhuis.
Paars zie ik altijd als een spirituele kleur en de kleur van de dood.
Je ziet dat vaak in de kisten van Amerikaanse films geniet, glanzend fluweel.
Steekt mooi af.

'Madame ter èèche' ah, mijn beurt, mooi en dat een kwartier te vroeg.
Ik mag meelopen, moet op de onderzoekstafel gaan liggen en mijn shirt uitdoen.
'Ik kom zo'.
Er hangt een airco in de kleine paarse kamer, mijn moeder is mee. Voor het geval er een punctie gedaan moest worden, ik en naalden, dat is geen goede combinatie.

Ze komt terug, pakt het geval, spuit een klodder vloeistof in mijn nek en gaat eroverheen met de echokop.
Ze vraagt me waar ik vandaan kom, vindt het raar dat ik de Fransen relaxter vind dan de Nederlanders, vraagt of de dokter wel bloedonderzoek heeft laten doen, waarop ik neen moet antwoorden en maakt daar een afkeurend geluidje op.
'En wordt het een jongetje of een meisje?' zeg ik.
'Allebei' zegt ze gniffelend. Die grap zal ze vaker horen. Maar ja, je moet je spanning soms wat weglachen.
'Nou het zijn gewoon oppervlakkige gezwollen lymfeklieren, ik zie geen afwijkingen erin. Ja ze zijn zichtbaar maar ze hebben geen vervelende dingen in zich zitten op dit moment.'
De zware rugtas met betonblokken erin valt na twee weken wachten eindelijk van mijn schouders. En het was een verdomd stevige rugtas, een Kipling denk ik, rugpijn kreeg ik ervan, echt waar.
Als het aan mijn huisarts had gelegen had ik direct op de operatietafel gelegen om de 'bende' zoals hij het zo subtiel noemde weg te laten snijden. Ik zou er alleen een litteken aan over houden en dan zou het op kweek worden gezet en zou ik dan wel horen of het iets kwaadaardigs was. Hij zat al met de chirurg te bellen toen ik tegenover hem zat op het spreekuur. Ik drong aan op een echo, ik laat verdorie niet zonder goede reden iemand in mijn nek lopen hakken. Hij vond het oké maar zag liever dat ik direct door zou pakken. Pech voor hem. Je zult begrijpen dat als een arts zo heftig reageert en je twee weken moet wachten op de echo je twee hele vervelende weken hebt.
Ik weet het niet hoor huisartsen en ik, het is gewoon geen goede combinatie.

Ik mocht met een doekje de vloeistof van mijn nek halen en kon wachten op de uitslag.
Hier is het niet zo dat je weer terug naar je dokter moet voor de uitslag, je krijgt hem direct mee. Inclusief foto's. In Nederland moest ik daar altijd om vragen (zelfs bij de dierenarts) en hier krijg je ze gewoon standaard mee. Leuk voor bij mijn collectie.
Ik kreeg alles mee, moest zevenendertig euro tachtig betalen (dat betaal je al in Nederland als je een hand geeft aan een neuroloog) en dat was dat. Ik ademde diep in, blies uit en bedacht mij dat mijn dag er ook heel anders uit had kunnen zien. Tevreden en gerustgesteld ging ik naar huis.



Paars, zij vindt het een mooie kleur.
Het doet haar denken aan lavendel.
Ze zit in de wachtkamer tegenover me. Haar handen strijkt ze over haar platte buik.
Ze wordt geroepen en mag meelopen naar diezelfde kamer als waar ik heb gelegen. Een dikke klodder wordt er op haar buik gespoten. De echokop beweegt langzaam over haar buik. 'Gefeliciteerd mevrouw, u bent zwanger'. Dus toch, de testen hadden niet gelogen.
Ze komt met tranen in haar ogen uit de wachtkamer en kan het niet voor zich houden en verteld het iedereen. Ze dacht dat ze geen kinderen kon krijgen met haar vriend. Ze was inmiddels al wat ouder en had dit nooit meer verwacht. In een soort roes zie ik haar naar de balie lopen.
Een glimlach van oor tot oor.
Ze betaald een klein bedrag en loopt naar buiten.
Ik zie haar, haar mobieltje pakken en door het glas zie ik haar lachen en springen. Ze huilt en ze trilt van geluk. Ze hangt op. Staat stil, haalt een keer diep adem en beseft dat er een nieuw leven gaat beginnen. Ze draait zich om, kijkt naar de hemel en lijkt een dankwoord te uiten. Ze loopt weg, trots.



Paars, of is het zwart. Ze kan het niet meer zo goed zien.
Het maakt haar ook weinig uit. Ze zit tegenover me in de wachtkamer, ze zat er al toen ik aankwam.
Een klein vrouwtje, ik denk dat ze achterin de zeventig is. Al lijkt ze veel ouder. Ze is mager. Door haar flanellen broek zie ik haar knokige knietjes. Haar ogen zijn dof, ik zie slechts nog een klein lichtje erin schijnen. Haar handen laten de jaren zien die ze heeft meegemaakt. Zoals een boom ringen heeft zo lijkt zij voor alles wat zij heeft meegemaakt een rimpeltje erbij te hebben gekregen.
Haar naam wordt geroepen, ze draait krampachtig haar nek. Tegelijkertijd worden twee andere vrouwen ook omgeroepen. Het oude vrouwtje probeert tevergeefs op te staan. Één van de andere vrouwen ziet het gebeuren en helpt haar uit de stoel te komen. Ze schuifelt aan de arm van de andere vrouw rustig naar de balie. 'Mevrouw uw carte vitale (zorgpas)'. De mevrouw hoort haar niet. Ze kijkt de vrouw aan die haar vast heeft. 'Ja sorry, ik weet het ook niet, ik hoor niet bij haar ze is hier alleen'.
'Mevrouw, bent u hier alleen? Hoe bent u hier gekomen?'
'Ik ben met de taxi'.
'Maar wie gaat u helpen dan als u straks weer naar huis moet?'
'Dan ga ik weer met de taxi'.
Ze zette haar in een rolstoel en liepen met haar weg.
Een poos later kwam een zuster terug terwijl ze de vrouw in de rolstoel voortduwde.
De zuster hielp de vrouw haar portemonnee uit haar tas te halen en te betalen. Ze kreeg de envelop met de uitslag mee en werd naar buiten gereden. De zuster liep naar binnen en keek naar haar collega's. 'Zielig voor die vrouw. Dat soort nieuws is nooit leuk om dat aan iemand te moeten vertellen'. 'Tsjah....' was de reactie van haar collega's. Ik draaide me om en zag de vrouw zitten in haar stoel. De envelop lag inmiddels op haar schoot haar tengere bleke handen in elkaar gevouwen. Ze staarde voor zich uit. Ze haalt een keer diep adem en doet haar ogen dicht. Ik zie haar lippen licht trillen. Ze slikt haar emoties weg. De taxi stopt. Ze schuifelt erin, de deur wordt dichtgedaan en hij rijdt weg. Ze kijkt door het raam en haar ogen lijken op knopen. Het lichtje in haar ogen is uitgegaan. Hoe zij naar huis gaat kan ik me alleen maar inbeelden. Ik kijk naar buiten en het enige wat ik nog zie staan is de lege rolstoel. Eenzaam.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten